26
NL
Foutmeldingen
Probleem Mogelke oorzaak
Opsporing en verwdering
van fouten
Sterke druk-
schommelingen
Standaard variabele
spuitkop (18) vuil
Spoel de standaard variabele spuitkop
(18) uit met water. Reinig eventueel het
gat van de spuitkop met een naald (zie
hoofdstuk reiniging)
Standaard variabele
spuitkop (18) verstopt
Verwder de spuitkoppen (17/18) of
de reinigingsborstel (19) en zorg ervoor
dat de wateruitlaat aan het spuitpistool
(1) vr van belemmeringen functioneert.
Het apparaat werkt dus correct. De
Turbovuilfrees (17) en de roterende
reinigingsborstel (18) raken doorgaans
niet verstopt.
Toestel loopt
niet
In-/uitschakelaar (10) uitge-
schakeld
In-/uitschakelstand (10) controleren
Beschadigde netaansluitlei-
ding (6)
Schakel het apparaat uit en verbreek
het van het stroomnet.
Netaansluitleiding (6) op beschadiging
controleren. Eventueel de netaansluitlei-
ding (6) door een geschoolde arbeids-
kracht laten vervangen
Defecte spanningsvoeding
Controleer de elektrische installatie op
overeenstemming met de gegevens op
het typeplaatje
Toestel heeft
geen druk
Luchtblazen in hogedrukrei-
niger
Schakel het apparaat met spuitpistool
en zonder sproeier aan totdat er water
zonder bellen vrkomt
Leidingdrukdaling Controleer de watervoorziening
Lekkages in het
watersysteem
Aansluitingen niet correct
gemonteerd
Schakel het apparaat uit en verbreek
het van het stroomnet. Sluit het appa-
raat opnieuw op de waterleidingen aan
(zie „Ingebruikname/installeren“)
Wateraansluiting (9) lek
Schakel het apparaat uit en verbreek
het van het stroomnet. Wissel de water-
aansluiting (9) incl. afdichtring uit (zie
„Reservedelen“)
Berging en milieu
Breng het apparaat, de toebehoren en de
verpakking naar een geschikt recyclage-
punt.
Apparaten horen niet b het huis-
vuil.
Lever het apparaat in b een recyclepunt.
De gebruikte kunststof en metalen onder-
delen kunnen nauwkeurig worden geschei-
den, zodat ze eenvoudig opnieuw kunnen
worden gebruikt. Raadpleeg hiervoor ons
servicecenter.
Comments to this Manuals